maandag, juli 26, 2010

Dodge Charger


We hebben afscheid genomen van de Dodge, nogal onceremonieel, zonder om te kijken. Dat is niet aardig van ons, want het rode monster heeft ons meer dan achtduizend kilometer trouw gediend.

Wat zegt u?
Veel?

Eén keer deed hij raar, in het Arches National Park in Utah, anderhalve maand, oh nee, week geleden. We stonden op de parkeerplaats bij 'Delicate Arch', maakten een korte wandeling in de brandende hitte en keerden terug naar onze gespierde bolide. Sleuteltje omdraaien, motor loopt en alle lichtjes op het dashbord blijven branden: de voetrem staat aan, de olie is op, de motor is te heet, je moet nu tanken en de formatie is alweer mislukt. Wat nu? Volgens het boekje mag je geen meter meer rijden als alle lichtjes blijven branden. Servicebeurt, nu. Ja, als in nu meteen. In the middle of nowhere.

Ik heb de motor uitgezet, even gewacht, opnieuw gestart ... en voila. Alleen de formatie schoot nog steeds niet op, maar daar rijden wij vrolijk om door.

Vandaag moest ik biechten bij de meneer van de verhuur. Bij vertrek zaten er twee sleutels en een plastic kentekengevalletje aan een metalen draad. Die draad heb ik er vrij snel af geknipt. Ik een sleutel in de zak, Willemijn de andere in de tas. Het zal je maar gebeuren nietwaar.

Kijk, biechtte ik tegen de meneer, ik ben stout geweest. Maar ik zie niet in waarom je een tweede sleutel krijgt als die tweede sleutel onlosmakelijk aan de eerste verbonden moet blijven.

Nou, zei de meneer, je hebt het niet van mij gehoord, maar ik heb me al vaker afgevraagd waarom ze dat zo doen. Denk erom, niet van mij gehoord. Een prettige dag verder meneer.

Als ik je de sporen gaf diepte je uit de krochten van je buik een genadeloos grommen op. Dag zuipschuit, dag zescilinder beest.